Meestal ziet Olivier van Herpt zijn objecten eerst in zijn fantasie. Hij maakt dan schetsen die hij invoert op zijn computer. Het driedimensionale beeld dat uiteindelijk op zijn scherm verschijnt, ‘knipt’ hij in laagjes zodat hij het kan printen. Dan kiest hij één of meerdere kleisoorten die hij mengt in zijn zelfgebouwde printmachine en kan het printen beginnen. Tijdens dit proces dat soms wel zes uur duurt, is Van Herpt continu aanwezig om vorm, kleuren, huid en maten bij te sturen. Zijn ‘industrieel’ geprinte objecten bevatten dus veel handwerk.