Boghossian: erfelijke liefde voor juwelen

Op TEFAF is India vertegenwoordigd door Viren Bhagat, maar voor de dialoog tussen het Oosten en het Westen hebben we Boghossian, tegenwoordig beschouwd als een van de meest vernieuwende en creatieve juweliershuizen. Het Geneefse huis haalt zijn inspiratie uit een mix van oosterse en westerse invloeden, om zo gedurfde juwelen te creëren die de natuurlijke schoonheid van de stenen geheel tot haar recht laten komen. Roberto Boghossian, een lid van de zesde generatie, verschaft ons een inkijk in de interne keuken.

TEKST: Christophe Dosogne

In Brussel is de familie Boghossian vooral bekend om de gelijknamige filantropische stichting, gevestigd in Villa Empain, een parel van art-decoarchitectuur. Minder bekend wellicht is wat de leden van de familie daarbuiten nog doen, sinds meer dan anderhalve eeuw. Het juweliershuis werd in 1868 opgericht in Mardin, in wat nu Turkije is, maar verhuisde na de nodige wederwaardigheden naar Europa. Klein begonnen, maar uiteindelijk ver geraakt.

De Boghossians hebben hun succesverhaal te danken aan drie generaties van diamantairs. Grootvader Ohannès, zelf de zoon van een juwelier die omkwam bij de Armeense genocide in 1915, besloot aan het begin van de jaren 50 te verhuizen van Aleppo (Syrië), waar hij tijdens de Eerste Wereldoorlog naartoe was gedeporteerd, naar Beiroet. De Libanese hoofdstad was toen economisch in volle bloei en stond meer open voor het Westen dan Syrië, waar op dat moment politieke onrust heerste. Libanon was ook uitgegroeid tot een draaischijf voor Afrikaanse diamanten, die via Beiroet naar Antwerpen reisden.

Robert, zijn zoon, concentreerde zich op de ontwikkeling van hun juweliersbedrijf in Libanon. Hij zocht nieuwe klanten onder de welgestelde toeristen uit Saoedi-Arabië en de oliestaten aan de Perzische Golf, die in de zomer hun toevlucht zochten in het koelere, aan zee gelegen Beiroet. Kleinzoon Jean, die de Libanese burgeroorlog ontvluchtte, ging zijn eigen weg door in 1975 een vestiging te openen in België. Logischerwijs viel zijn keuze daarbij op Antwerpen, een van de belangrijkste internationale draaischijven van de diamanthandel. Daar specialiseerde hij zich in de groothandel in diamanten en gekleurde edelstenen. Op zoek naar zeldzame stenen reisde hij de wereld rond, van India, Birma en Sri Lanka tot aan Colombia en Brazilië.

In 1980 voegde zijn jongere broer Albert zich bij hem. Het tweetal maakte al snel naam met zelf gecreëerde juwelen en opende een filiaal in Genève, een van de belangrijkste centra van de juwelenhandel ter wereld. In 2008 stapten ook Roberto en Ralph, twee zonen van Jean, aan boord. Intussen had Jean Boghossian in 2006 Villa Empain gekocht, om die te laten renoveren. Roberto Boghossian, gecertificeerd door het befaamde Gemmological Institute of America (GIA), is nu gevestigd in Londen, waar hij in 2013 een boetiek opende. Hij houdt zich vooral bezig met de internationale ontwikkeling van het bedrijf. Ralph heeft dan weer de leiding over de vestiging in Monaco, gelegen in het prestigieuze Hôtel de Paris, in Monte Carlo.