Paul Cupido

Vroeger, toen hij nog in de reclame werkte, was Paul Cupido op bestelling creatief. Als begin veertiger gooide hij het roer om en besloot kunstenaar te worden. Meer specifiek: een fotograaf die haiku”s maakt in beeld. We wandelen met hem door het lommerrijke Laren en bosrijke Blaricum.

TEKST: Koos de Wilt

Paul Cupido (°1972) verblijft voor een deel van zijn tijd in Laren in Noord-Holland en voor een ander deel bij zijn vriendin in Parijs. Ook is hij vaak op reis, op zoek naar nieuwe ervaringen. Met collega-kunstenaar Anna Muller was hij recent voor een nieuw boek in Miyako-jima, een eilandje in het Okinawa-deel van Japan. Daarnaast is hij zijn residentie af aan het maken voor het InCadaqués Festival. En afgelopen november toonde hij op Paris Photo. “Ik ben zelf erg onder de indruk van Paul Kooiker, vooral hoe hij de modewereld op zijn kop zet. Hij was wat mij betreft de ster van deze Paris Photo! Echt geweldig”, zegt Cupido. “Ik zag in Parijs ook het boek van Ruth van Beek. Haar werk is fantastisch, heel inspirerend. Soms is het gewoon allemaal net even anders, eigen en los van de trends, en dat waardeer ik enorm. De beurs was voor mij ook succesvol. Het is voor mij het belangrijkste evenement van het jaar. Mijn poëtische beeldtaal resoneert goed met de Fransen, die fotografie, poëzie en Niépce, een van de uitvinders van de fotografie, in hun DNA hebben. De oprechte waardering daar is enorm. Werken met de Fransen is iets dat je moet leren: het is anders dan de directe manier van communiceren die we in Nederland gewend zijn. Maar de liefde voor fotografie zegeviert altijd, en dat is geweldig!”

Nu wandelt hij door het vertrouwde en lommerrijke Laren. “Ik maak snapshots vanuit een kinderlijke impuls, uit verwondering, zoals nu, nu ik door deze natuur wandel. De emotie zit er dan al in, maar ik weet dan nog niet wat het is en of het de basis kan zijn van een werk.” Cupido is als kind opgegroeid op Terschelling, maar heeft ook wortels hier in de buurt, zo vertelt hij. “Mijn moeder komt uit Blaricum en is op een gegeven moment verliefd geworden op mijn vader, een rasechte Terschellinger. Het keurig aangeharkte maar ook artistieke van Laren en het vrijbuitersgevoel van Terschelling horen allebei bij mij. Ook het reizen dat eilanders vaak hebben, heb ik in me.”