De fragiele schoonheid van het Hollands porselein fascineert al decennialang musea en een kleine, zeer gedreven groep verzamelaars. Vooral de verfijnde polychrome landschapjes zijn nog altijd geliefd. Echte topografische gezichten zijn schaars. Helaas is maar zelden te determineren naar welk voorbeeld ze geschilderd zijn en door wie. We nemen de geschiedenis van het porselein in Nederland en enkele bijzondere voorbeelden onder de loep.
WEESPER PORSELEIN
De eerste porseleinfabriek in Nederland die van de grond af aan porselein maakte stond in 1759 te Weesp, in een voormalige brandewijnstokerij) opgericht door Graaf Bertram Philip Sigismund Albrecht van Gronsveld-Diepenbrock (1717-1772). Hij haalde zowel de porseleinaarde (kaolien), als de meeste vormers en schilders uit het buitenland. In die tijd hadden grote Duitse porseleinfabrieken als Meissen, Höchst en Frankenthal al honderden medewerkers. En veel vormers en porseleinschilders, zogenaamde arcanisten, zochten met hun gezinnen hun heil over de landsgrenzen om het geheim van het porselein maken aan de hoogste bieder te verkopen. Het beroep van porseleinschilder verdiende dan ook erg goed. Neem de Franse arcanist en vogelschilder Louis Victor Gerverot (1747-1829): hij was ook in Weesp werkzaam en zou later bij de Loosdrechtse fabriek niet minder dan 1800 guldens per jaar verdienen. Een kapitaal voor die tijd.